Dit project ontwikkelt een baanbrekende, netwerkwetenschappelijke benadering van sociale cohesie. Na het ontwerpen van een theoretisch kader voor de structurele cohesie van samenlevingen, ontwikkelt het een nieuwe methodologie om structurele cohesie empirisch te bestuderen, waarbij twee lijnen van netwerkonderzoek op een ongekende manier met elkaar worden gecombineerd. De methodologie wordt toegepast in een grootschalige, transnationale Europese enquête die wordt uitgevoerd met representatieve steekproeven van de bevolking. De schattingen van de enquête worden gebruikt om netwerken in de gehele samenleving te simuleren met als doel de resulterende structuren in de samenleving verder te onderzoeken. Deze structuren worden vervolgens gebruikt om "agentgebaseerde modellen" (ABM) te specificeren, een methode om nader te bestuderen hoe brede kennismakingsnetwerken subjectieve uitingen van sociale cohesie beïnvloeden. Naast het kwantitatieve deel van de studie gebruiken we ook kwalitatieve analyse op verschillende momenten in de studie om beter te begrijpen welke betekenis sociale netwerken hebben voor mensen, hoe zij zich verhouden tot hun kennissen, hoe hun netwerken in de tijd veranderen, en hoe die netwerken gerelateerd zijn aan de sociale contexten waarin mensen participeren en aan hun houding tegenover andere sociale groepen. De kwalitatieve bevindingen zullen ook worden gebruikt in ABM.
Het onderzoek zal ons een nieuwe kijk geven op de samenhang van brede sociale netwerken over mogelijke breuklijnen van burgerschap, sociale klasse, religie en politieke oriëntatie voor vijf samenlevingen, hoe echte inter- en intragroepsrelaties clusteren tot netwerkconstellaties die individuen op unieke manieren blootstellen aan andere sociale groepen, en hoe deze constellaties vorm geven aan subjectieve manifestaties van samenhang zoals tolerantie, vertrouwen en acceptatie van diversiteit.